Kampen deel 2
Maandag 21 April 2008 om 00:00Als ik rondwandel in een plaats, dan kijk ik niet alleen naar de gebouwen, maar ook naar van alles en nog wat boven, onder, voor en naast me. Zo ook zaterdag in Kampen. Ik liet in de vorige log al een muurreclame voor Kamper Uien zien. Een voorbeeld van een Kamper Ui is:
De "Ui" over "Het Hoge Weiland".
Als gevolg van blikseminslag verloor één van de Kamper kerktorens haar spitse top. Op het stompe deel van deze toren ontstond na verloop van tijd wat grasach­tige begroeiing. Op een zeker moment kon men vanaf de straat deze begroeiing goed onderscheiden. Zuinigheid was toen al troef en daarom vond het stadsbestuur dat dit gras niet zomaar kon blijven staan. Er moest een goede bestemming voor worden gezocht. Na een korte beraadslaging werd er een koe uit het weiland gehaald. Het beest kreeg een strop om de nek en werd vervolgens omhoog gehesen. Boven aangekomen zou het zich tegoed kunnen doen aan dat lekkere malse gras. In ademnood liet het dier echter halverwege het leven, waarbij de tong uit de bek kwam. Beneden, aan de voet van de toren, werd dat in eerste instantie anders beoordeeld: de geur van het malse gras deed de koe "likkebaardend" uitzien naar haar op handen zijnde maal.
Normaal gesproken hangt er een (namaak)koe halverweg de Nieuwe Toren. Maar vanwege restauratiewerkzaamheden is de koe tijdelijk weggehaald. Wel staat op het pleintje waar deze toren staat, ook wel "Koeplein" genoemd, een standbeeld van de Kamper Koe, gemaakt door Jits Bakker ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van het Kamper Ui-t-dagen Comité.
Ik heb trouwens in de vorige log de makers van de standbeelden niet genoemd. Catootje is gemaakt door Peter Leijenaar ter gelegenheid van de herinrichting van de Botermarkt. Het andere beeld bij de Cellesbroederpoort is De Paljas, gemaakt door A.P. Schaller. De gemeente heeft dit beeld gekocht voor een beeldententoonstelling in het stadspark.
Hoe zit het nu. Loopt Kampen voor in de tijd, of misschien achter?
Op een gegeven moment zagen wij een reiger. Het beest bleef rustig zitten terwijl wij hem al heel dicht genaderd waren.
Even later bleek waarom.
Toen we al een paar uur gewandeld hadden, moest er nodig een sanitaire stop ingelast worden. Op dat moment waren we bij de haven, waar een gezellige havenkroeg stond. Binnen was een aantal mannen aan het kaarten. De kroegbaas keek of alles en iedereen wel snor zat.
In de haven lagen 2 botters klaar om uit te varen. Mijn hart ging open, want op zo'n oude Zuiderzee vissersboot heb ik diverse malen gevaren op het IJsselmeer.
Ook in de haven lag de Kamper Kogge. Aan boord daarvan was veel lopend en staand want (alle mogelijke lijnen) te zien. Schitterend betakeld. Betakelen doet men om het uitrafelen van de einden van een touw of lijn te voorkomen. Echt prachtig gedaan.
Er werd ook gezwommen in de haven. Een moedereend met 3 pulletjes. Ook al was het water wat groenig, het was zo helder als wat, waardoor je de pootjes heel goed door het water zag gaan.
Regelmatig keek ik ook omhoog. Zo zag ik deze poes een poging wagen naar de goot te klimmen. Het gekke was dat hij niet echt veel opschoot terwijl ik stond te kijken.
Hier ben ik met een grote boog omheen gelopen, want ik had niet direct de behoefte aan een koude douche op deze koude zaterdag.
Op een gegeven moment dacht ik dat ik een stadswandeling in Delft maakte. Zouden de vogels nu doorhebben dat ze in Kampen zijn en niet in Delft?
Als laatste geef ik een tip. Als je een bureaustoel over hebt en je weet niet wat je er mee aan moet, zet hem buiten. Na verloop van tijd komt er een mostapijt op en heb je een leuke straatversiering.
Nu maak ik even pas op de plaats. Het schoolreisje, de logeerpartij en de uitstapjes zijn verleden tijd. Ik kan me nu met andere zaken gaan bezighouden. Voorlopig heb ik genoeg kilometers in de benen zitten van de afgelopen 10 dagen. Ik denk dat dat haast meer kilometers zijn dan we straks reizen in onze vakantie.
72
Uit "Een doosje vol GELUK"